Zetelverdeling over kandidaten
Na de verdeling van zetels over de kandidatenlijsten, stelt de Kiesraad (het centraal stembureau) vast welke kandidaten zijn gekozen. Zetels worden in eerste instantie toegekend aan kandidaten die met voldoende voorkeurstemmen zijn gekozen. Als er dan nog meer zetels te verdelen zijn, is de volgorde op de lijst bepalend.
Om te bepalen of kandidaten met voorkeurstemmen zijn gekozen, worden alle stemmen die de kandidaat in alle provincies/kiescolleges heeft gehaald bij elkaar opgeteld. Een kandidaat kan op basis van het aantal behaalde voorkeurstemmen een hoger geplaatstehogergeplaatste kandidaat passeren. In dat geval moet de kandidaat wel zelfstandig de voorkeurdrempel hebben gehaald.
Zie Kieswet art. U 15 en Ya 30.
Voorkeurdrempel
De voorkeurdrempel voor de verkiezingen van de Eerste Kamerverkiezingen is 100% van de kiesdeler. De kiesdeler is bij Eerste Kamerverkiezingen gelijk aan het totaal aantal uitgebrachte geldige stemmen vermenigvuldigd met de stemwaarden die gelden voor de verschillende provincies/kiescolleges, gedeeld door het aantal leden van de Eerste Kamer (75).
Meervoudig gekozen kandidaten
Als een kandidaat op meerdere lijsten van een partij in verschillende kieskringen is gekozen, geldt hij als gekozen op de lijst waarop het grootste aantal stemmen op hem of haar is uitgebracht.