Leden stembureau

Een stembureau bestaat uit ten minste drie leden, van wie er één voorzitter is. In aanvulling hierop kunnen plaatsvervangende leden worden benoemd, bijvoorbeeld om te tellen. Hiervoor geldt geen (maximum) aantal. De leden van het stembureau worden aangesteld door het college van burgemeester en wethouders (B&W) van de betreffende gemeente.

Beeld: Martijn Beekman

Op een stembureau moeten permanent minimaal 3 leden aanwezig zijn. Met het oog op de lange openingstijden is het raadzaam om voldoende plaatsvervangende leden te benoemen, zodat de stembureauleden kunnen rouleren. Zie Kieswet art. J 12.

Geen politieke voorkeur uiten

Kandidaten mogen geen lid zijn van een stembureau, gemeentelijk stembureau, hoofd stembureau of centraal stembureau voor de verkiezing waarvoor zij kandidaat zijn. Zij mogen ook geen ondersteuners (tellers )zijn van het gemeentelijk stembureau.
Ook zittende leden van het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing wordt gehouden, mogen geen lid zijn van een stembureau, gemeentelijk stembureau, hoofdstembureau of centraal stembureau. Zij mogen ook geen ondersteuner zijn van het gemeentelijk stembureau.   

Vereisten lidmaatschap

Leden van het stembureau moeten op de dag van stemming minimaal 18 jaar zijn. Na het volgen van een training moeten de leden over voldoende kennis en vaardigheden beschikken voor de verantwoordelijkheid die bij de functie past. De beoordeling of dit het geval is, wordt aan gemeenten overgelaten.

De volgende personen kunnen geen lid zijn van het stembureau:

  • Personen die lid of plaatsvervangend lid zijn van het hoofdstembureau of centraal stembureau voor de desbetreffende verkiezing;
  • Personen die kandidaat zijn voor de verkiezing in de betreffende kieskring;

  • Gekozen leden van het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing wordt gehouden.

  • Personen die als stembureaulid bij een vorige verkiezing in strijd met de wet hebben gehandeld.
  • Personen die door de rechter van het kiesrecht zijn ontzet.

Zie Kieswet artikel E 4. en Kiesbesluit artikel E 1.

Presentiegeld leden stembureaus

De hoogte van het presentiegeld van stembureauleden is niet wettelijk geregeld. Ieder gemeentebestuur bepaalt zelf of er presentiegelden worden toegekend en wat de hoogte daarvan is. De presentiegelden zijn in principe belastbaar inkomen. Het kan voorkomen dat ook ambtenaren stembureaulid zijn. Als zij dat niet onder werktijd doen, hebben ze recht op dezelfde presentievergoeding als andere vrijwilligers in de gemeente. Worden ambtenaren wel onder werktijd ingezet, dan worden er in de praktijk verschillende regelingen getroffen over een eventuele vergoeding of het compenseren van de gemaakte uren. De burgemeester heeft, als voorzitter van hoofd- en centraal stembureau, geen recht op presentiegeld.

Zelf stembureaulid worden?

Bent u geïnteresseerd om zelf stembureaulid te worden? Neem dan bijtijds contact op met uw gemeente.