Vereisten lidmaatschap

De gemeenteraad controleert in het geloofsbrievenonderzoek of de benoemde kandidaten aan de vereisten voor het lidmaatschap van de gemeenteraad voldoen. Ook controleert de raad of de kandidaten geen nevenfuncties vervullen die niet gecombineerd mogen worden met het lidmaatschap. Zie Kieswet art. V 4.

Beeld: Hans Moolenaar Mediatheek Rijksoverheid

Vereisten

Voor het lidmaatschap van de gemeenteraad is vereist dat de benoemde kandidaat:

  1. inwoner van de gemeente is,
  2. de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt,
  3. niet is uitgesloten van het kiesrecht,
  4. een benoemde kandidaat die geen onderdaan van de Europese Unie is, moet ten minste 5 jaar legaal in Nederland wonen voordat zij raadslid kunnen worden. Zie de Gemeentewet art. 10.

Onverenigbare betrekkingen lidmaatschap gemeenteraad

In de Gemeentewet art. 13 is geregeld welke functies niet gecombineerd mogen worden onverenigbaar zijn met het lidmaatschap van de raad.

  • Een gemeenteraadslid mag niet ook burgemeester, wethouder of ambtenaar zijn van de betreffende gemeente. Uitzondering hierop is de periode na verkiezingen. Een raadslid mag dan korte tijd ook wethouder zijn. Dat is het geval wanneer een zittende wethouder na de verkiezingen raadslid is geworden. Bij de collegevorming moet deze persoon, als hij kan doorgaan als wethouder, kiezen tussen het raadslidmaatschap en de functie van wethouder.
  • Een gemeenteraadslid mag niet ook Commissaris van de Koning, gedeputeerde, griffier of secretaris van de provincie zijn. Ook mag hij of zij niet ook minister of staatssecretaris zijn. In de Gemeentewet staan nog een aantal functies die niet gecombineerd mogen worden met de functie van gemeenteraadslid.

Het lidmaatschap van de gemeenteraad gaat wel samen met het lidmaatschap van provinciale staten en van de Eerste of Tweede Kamer.

Strafblad

Bij het geloofsbrievenonderzoek wordt niet gekeken of een kandidaat een strafblad heeft of niet-integer is. Politieke partijen kunnen dit wel zelf betrekken in het selecteren en screenen van kandidaten. Desgewenst kunnen zij een ‘Verklaring Omtrent het Gedrag’ voor kandidaten aanvragen.

Voor meer informatie over het geloofsbrievenonderzoek, hertelling en herstemming zie Hoofdstuk V Kieswet.