Verkiezingscampagne

Bij het voeren van een verkiezingscampagne moeten politieke partijen zich houden aan een aantal regels. Dit zijn regels over verkiezingsborden, kraampjes, gebruik van geluidswagens, collectes en activiteiten, ook in de omgeving van het stemlokaal. Deze regels zijn voornamelijk opgenomen in de APV (Algemeen Plaatselijke Verordening) van een gemeente.

Beeld: ©HH Delfland

In verkiezingsperioden zijn er lokaal meestal extra voorzieningen voor het aanplakken van verkiezingsposters. Het is niet nodig om hiervoor een vergunning aan te vragen. Verkiezingsposters worden niet als reclame gezien, maar vallen onder de vrijheid van meningsuiting.

Sommige gemeenten maken gebruik van prefabborden voor posters van deelnemende partijen. Partijen kunnen de affiches digitaal aanleveren bij de gemeenten. Meer informatie over de mogelijkheden en voorwaarden is verkrijgbaar bij de gemeente.

In en buiten het stemlokaal

In de Kieswet is bepaald dat in het stemlokaal geen activiteiten mogen plaatsvinden die erop zijn gericht de kiezers in hun keuze te beïnvloeden. Zie Kieswet art. J 36. Het stemproces moet ongestoord kunnen plaatsvinden. De Kiesraad adviseert daarom collectes of andere acties in de (omgeving van) stemlokalen te ontmoedigen. Hetzelfde advies geldt voor activiteiten die gemeenten zelf initiëren, zoals het uitreiken van 'prijzen' om de opkomst te bevorderen.

De voorzitter van het stembureau kan de stemming schorsen als zich naar zijn mening omstandigheden voordoen in of bij het stemlokaal die de voortgang van de stemming belemmeren. Zie Kieswet art. J 38.
De Kieswet bevat geen regels over propaganda in de omgeving van het stemlokaal. Wel is vastgelegd dat kiezers in het stemlokaal niet mogen worden beïnvloed. Zie Kieswet art. J 14 en art. J 36.

Het aanplakken van posters in de buurt van of aan de buitenzijde van een stembureau is toegestaan (mits niet in strijd met de lokale APV en, bij onroerende zaken, na toestemming van de rechthebbende).

Ook kan de voorzitter van het stembureau optreden als de activiteiten de voortgang in het stembureau beïnvloeden. Zie Kieswet art. J 38.